Aantal gevallen van betalingsachterstand en insolventie blijft hoog.
- De groei blijft naar verwachting zwak in 2016
- Weinig investeringen in openbare werken
- Aantal gevallen van betalingsachterstand en insolventie blijft hoog
De opleving van de Belgische bouwsector blijft traag gaan en de sector doet het nog steeds slechter dan de rest van de economie. Sinds eind 2011 zijn 20.000 banen verloren gegaan in de bouw. Eind 2015 werkten nog zo’n 200.000 mensen in de sector. Belgische bouwbedrijven hebben te maken met hoge arbeidskosten, zeker in vergelijking met bouwbedrijven uit Oost-Europa die actief zijn in België. De overheidsinitiatieven om oneerlijke concurrentie van buitenlandse bedrijven aan te pakken en om de binnenlandse loonkosten te verlagen teneinde het concurrentievermogen op te krikken, hebben tot nu toe weinig opgeleverd. Verwacht wordt dat de bouwproductie in 2016 met slechts ongeveer 1% zal groeien en dat de winstmarges van bouwondernemingen onder druk blijven staan.
De vooruitzichten voor het segment nieuwbouwwoningen blijven zwak en het aantal afgeleverde bouwvergunningen voor woningen daalde in 2015 ten opzichte van het voorgaande jaar. 2014 was echter een uitzonderlijk positief jaar. In de eerste helft van 2014 steeg het aantal afgeleverde woningbouw-vergunningen omdat veel kandidaat-bouwers hun aanvragen vóór eind 2013 hadden ingediend om de strengere energieregelgeving te vermijden. De meeste bouwbedrijven in dit segment verwachten een daling in de bouw en oplevering van nieuwe gebouwen in 2016. De vooruitzichten voor renovatiebedrijven zijn positiever: de orders vertonen een stijgende trend, wat toe te schrijven is aan het feit dat het vastgoedbestand in België verouderd is.
Wat het segment utiliteitsbouw betreft, hebben we vastgesteld dat het aantal vergunningen in 2015 lager lag dan in 2014. De overheidsinvesteringen blijven laag (1,7% van het bbp) in vergelijking met het Europese gemiddelde (3% van het bbp). De bouw van infrastructuur wordt nog steeds geconfronteerd met slinkende orderportefeuilles en dalende prijzen. De openbare aanbestedingen
lijken het meest getroffen te zijn in Wallonië.
Betalingstermijnen van ’60 dagen einde maand’ blijven heel gebruikelijk in de sector. Sommige aannemers (met name grote bedrijven) proberen hun liquiditeitsproblemen op te lossen door hun onderaannemers nog later te betalen. Het betalingsgedrag van overheidsinstanties blijft slecht. Zo komt het nog steeds tamelijk vaak voor dat bedrijven die zitten te wachten op achterstallige betalingen van overheidsinstanties hun leveranciers vragen om de betalingstermijnen te verlengen.
Over het geheel genomen zagen we de betalingsachterstand in 2015 toenemen. Gezien de moeilijke marktomstandigheden verwachten we dat het aantal meldingen van niet-betaling en de bedragen ervan hoog blijven.
In 2015 werden 1.868 bouwbedrijven insolvent: een daling van 8% j-o-j. De bouw was goed voor 18% van alle Belgische bedrijfsinsolventies. We verwachten dat het aantal bedrijfsfaillissementen in 2016 verder zal dalen, zij het in een trager tempo. Ondanks deze dalingen blijft het algemene niveau van de insolventiecijfers in de bouw hoog, wat te wijten is aan de gestage stijgingen in de periode 2008-2013. We merken dat bouwbedrijven steeds vaker bescherming tegen hun leveranciers aanvragen (het zogenaamde gerechtelijk akkoord) op basis van de Wet Continuïteit Ondernemingen (WCO).
Ons voorzichtige risicoacceptatiebeleid zou ons moeten toelaten om ons engagement op het huidige niveau te houden. Om onze risicobereidheid op peil te houden, is het nodig dat we de meest getroffen bedrijven/subsectoren identificeren en contact opnemen met afnemers voor up-to-date financiële informatie en prestatievooruitzichten. We hebben analyses uitgevoerd in bepaalde subsectoren (infrastructuurwerken en metaalproductie/metaalbouw) als gevolg van het stijgende aantal kredietverzekeringsclaims.
Documenten
1.02MB PDF