De woningbouw bleef groeien in 2016 en zou verder moeten groeien in 2017, maar blijft naar verwachting onder het niveau van vóór de crisis.
- Opleving houdt aan
- Marges blijven duidelijk onder druk staan
- Dalend aantal orders in het segment infrastructuur
In lijn met de algemene economische prestaties van Nederland groeide de Nederlandse bouwsector verder in 2016. Daar profiteerden ook andere sectoren van, bijvoorbeeld die van de bouwmaterialen en techniek. De sterke groei van de woningmarkt is een extra stimulans voor de particuliere consumptie.
In het derde kwartaal van 2016 was de bouwsector de snelst groeiende bedrijfstak van Nederland; ook stegen de omzet en bruto toegevoegde waarde voor het achtste kwartaal op rij. De woningprijzen stegen verder en het sentiment van veel bouwbedrijven blijft positief; de bedrijfswereld verwacht immers een verdere stijging van de omzet in 2017.
In 2015 bleef het herstel van de Nederlandse bouwmarkt vrij eenzijdig, vooral door de groei in het segment woningbouw, terwijl de niet-residentiële deelsector, vooral de utiliteitsbouw, nog altijd met een beperkte vraag kampte. De woningbouw bleef groeien in 2016 en zou verder moeten groeien in 2017, maar blijft naar verwachting onder het niveau van vóór de crisis. Ondertussen herstelde de vraag op het vlak van niet-residentiële bouw zich in 2016. De civiele en utiliteitsbouw boekten een solide groei in 2016 en de productie steeg zelfs met 13,4% op jaarbasis in het derde kwartaal van 2015. De utiliteitsbouw is echter een zeer gediversifieerde deelsector, met uiteenlopende ontwikkelingen binnen een en dezelfde regio: in Amsterdam is er minder vraag naar kantoren, hotels en fysieke winkels dan op plaatsen die niet zo centraal gelegen zijn. Ondanks de opleving blijven de bedrijfsmarges in dit segment onder druk staan.
Het segment infrastructuur profiteerde ook deels van de betere marktomstandigheden en overheidsuitgaven in 2015 en 2016. In de tweede helft van 2016 zwakte de expansie op het vlak van infrastructuur echter af; in het derde kwartaal daalde de productie met 4,5% op jaarbasis. Wegen-, tunnel- en spoorwegbouwers rapporteerden een daling van 5,8%. Het ziet ernaar uit dat de aan de infrastructuur gerelateerde expansie voorlopig voorbij is.
Na een scherpe stijging in de crisisjaren zagen we sinds 2015 een daling van het aantal wanbetalingen en kredietverzekeringsclaims. Men verwacht dat het aantal wanbetalingen en insolventies verder zal dalen in de eerste helft van 2017. In vergelijking met 2015 is het leningsbeleid van banken ten overstaan van bouwbedrijven versoepeld. Uit de aanhoudende zware concurrentie op de markt blijkt echter dat veel Nederlandse bouwbedrijven nog altijd lijden onder prijzenoorlogen, waardoor de marges onder druk blijven staan. Er is nog steeds overcapaciteit op de markt en consolidatie moet nog gebeuren.
Gezien de solide prestaties in 2016, het afgenomen aantal insolventies en de positieve vooruitzichten voor 2017 hebben we ons acceptatiebeleid versoepeld sinds vorig jaar. Momenteel wordt echter meer aandacht besteed aan bedrijven die actief zijn in het infrastructuursegment, omwille van het teruglopende aantal orders. Bij het beoordelen van de kredietwaardigheid van een koper vragen we naar up-to-date financiële informatie, naast details met betrekking tot het orderboek voor 2016 en betalingservaringen. Ook willen we meer informatie over de financiering van een bedrijf (covenanten/zekerheden) en de looptijden van bankleningen. Onze klanten een maximale verzekeringsdekking bieden blijft ons doel. In dit opzicht kunnen zekerheden van derden helpen, als die voorhanden zijn.
Documenten
941KB PDF