De wereldeconomie blijkt veerkrachtiger dan verwacht, maar evolueert in 2024 naar een lagere groei.
Samenvatting
De wereldeconomie blijkt veerkrachtiger dan zes maanden geleden werd verwacht, maar de monetaire verkrapping weegt op de vooruitzichten. De wereldwijde groei in 2023 werd naar boven bijgesteld, vooral dankzij grote consumentenuitgaven in de VS en het herstel van de dienstensector na de pandemie. Hoewel de inflatie en monetaire beleidsrentetarieven grotendeels hun hoogtepunt hebben bereikt, zal het grootste deel van de impact op de vraag van consumenten en bedrijven in 2024 voelbaar zijn. Volgens ons zal de bbp-groei in 2024 afzwakken naarmate de impact van deze factoren afneemt en de monetaire verstrakking doorweegt. Een milde monetaire versoepeling zal de lauwe groei in 2025 ondersteunen.
- De bbp-prognose voor 2023 is beter dan zes maanden geleden werd verwacht. De wereldwijde groei van het bbp wordt ingeschat op 2,6% in 2023, een opwaartse bijstelling met 0,4% ten opzichte van de Economic Outlook van juli. In 2024 zal de groei waarschijnlijk afnemen tot 2,1%. De veerkracht van de uitgaven van de Amerikaanse consument heeft zijn grenzen bereikt en het post-pandemische herstel van de dienstensector, vooral van toerisme en internationale reizen, is bijna voltooid. Bovendien moet het volledige effect van de aanscherping van het monetaire beleid nog worden gevoeld. Voor 2025 verwachten we dat de groei opnieuw zal herstellen tot 2,6%, omdat het monetaire beleid begint te versoepelen en de inflatie verder is afgenomen. Naar historische maatstaven blijft de groei echter zwak.
- De inflatie is duidelijk over haar hoogtepunt heen en alle belangrijke inflatiecomponenten dalen. Energie heeft de afgelopen maanden negatief bijgedragen aan de inflatie in de VS en de eurozone. Bovendien verliezen ook de andere inflatiecomponenten - voeding, diensten en goederen - duidelijk aan kracht. Maar de kerninflatie, dus zonder energie en voedsel, is hardnekkig, vooral in de VS. Nu de monetaire bezuinigingen op de vraag wegen, zal de inflatie naar verwachting dalen. Met een minder hardnekkige inflatie zal de eurozone vooroplopen met monetaire versoepeling.
- De groei van de wereldhandel zal volgens ons vertragen van 3,0% in 2022 tot 0,8% in 2023. De handelsgroei in 2023 is lager dan eerder verwacht, omdat de beëindiging van het nulcovid-19-beleid in China niet de verhoopte stimulans voor de export heeft gegenereerd en de verwerkende sector in recessie is, vooral in Europa. Voor 2024 voorspellen we een herstel van de handelsgroei tot 2,5% naarmate deze factoren afnemen. Dit is in lijn met de vaststelling dat de relatie tussen handels- en bbp-groei is afgenomen tot 1:1. De handelsgroei wordt beperkt door toenemend protectionisme en geopolitieke onzekerheid.
- Wij schatten de bbp-groei in de geavanceerde markten op 1,6% in 2023. De impact van de renteverhogingen in het monetaire beleid eist steeds meer zijn tol, met weinig vertrouwen bij consumenten en bedrijven en een verwachte vertraging van de vraag. De groei blijft in 2024 met 0,9% vermoedelijk zeer beperkt. Voor 2025 ziet het groeiplaatje er iets beter uit. De dalende inflatie zal de koopkracht van de consument verbeteren. Milde monetaire versoepeling zal ook de groei ondersteunen.
- De bbp-groei in opkomende markteconomieën zal naar verwachting in een lagere versnelling blijven met 4,2% in 2023 en 3,6% in 2024. Dit komt door de zwakke buitenlandse vraag en de verkrappende wereldwijde financieringsvoorwaarden. Binnen de kerncijfers is er sprake van aanzienlijke verschillen. Opkomend Azië zal opnieuw de andere regio's aanvoeren, met India en China als de groeimotoren. Latijns-Amerika, dat kampt met structurele zwakheden en politieke onzekerheid, zal achterblijven bij andere regio's. De groeivooruitzichten voor 2025 zijn slechts iets beter in alle opkomende markteconomieën (3,9%).
- In ons basisscenario verwachten we dat de inflatie daalt doordat monetaire verkrapping de hardnekkige kerninflatie kan wegnemen en er geen nieuwe energieprijsschok komt. In ons alternatieve scenario pakken de zaken slechter uit. De inflatie is hardnekkiger dan verwacht, bijvoorbeeld omdat consumenten blijven uitgeven of omdat er een nieuwe energieprijsstijging is. Dit zal leiden tot verdere verkrapping (in plaats van milde versoepeling) door centrale banken. Dit leidt dan weer tot een daling van de vraag van bedrijven en huishoudens in zowel geavanceerde markten als opkomende markteconomieën, met aanzienlijke negatieve gevolgen voor de mondiale groei.